Macht ligt in toenemende mate bij degene over wie macht uitgeoefend lijkt te worden. Macht is derhalve het omgekeerde van wat het lijkt te zijn.
In moderne, westerse en vrije samenlevingen bestaat macht bij de gratie van degene over wie macht wordt uitgeoefend. De ‘ondergeschikte’ is feitelijk de machtige, want die bepaalt hoe en in welke mate hij de macht tolereert. De ‘ondergeschikte’ wordt in onze samenleving in verre mate beschermd door het recht, zijn eigen toegenomen kennis en welvaart, de mogelijke toegang tot media en informatie en de toegenomen keuzevrijheid om alternatieven op te zoeken voor situaties waarin hij verkeert.
Macht volgens Hanna Ahrendt en Max Weber
Kijken we als voorbeeld naar werkgever – werknemerverhoudingen heeft in de huidige tijd de werknemer veel meer keus dan vroeger om weg te gaan en zo de machtsverhouding (de relatie) op te heffen. Volgens Hannah Arendt is macht een immateriële potentialiteit die bestaat bij de gratie van relaties en niet kan worden opgeslagen of in reserve worden gehouden. ‘Macht ontspringt tussen mensen wanneer zij samen handelen, maar verzwindt vanaf het ogenblik dat zij zich verspreiden’. Macht bestaat dus slechts zolang de relatie bestaat. Het machtsbegrip van Arendt is gelijkwaardiger en meer harmonieus dan het machtsbegrip van Weber. Weber gaat ervan uit dat degene met macht de ander zijn wil kan opleggen, desnoods tegen de belangen of wensen van de ander in. Hij gaat dus uit van een ‘machthebber’ die machtsmiddelen heeft en desnoods inzet. Bij Arendt is macht een samenspel waarin mensen samen werken om iets te vermogen, in een gelijkwaardige relatie dus. ‘Macht komt overeen met het menselijk vermogen niet slechts te handelen, maar in eensgezindheid te handelen’ (de schutter & Peeters, 2018). Macht als ‘Co-productie’ derhalve.
Michel Serres
In zijn prachtige essay ‘de wereld onder de duim’ gaat Michel Serres in op de democratisering van kennis als bron van een massale machtsverschuiving. De huidige westerse mens is zodanig ontwikkeld, goed geïnformeerd, welvarend en (financieel) zelfstandig, dat de macht is verschoven naar degene die vroeger de onderliggende partij was. Het samenwerken met de traditionele machtshebbers is door de oprukkende financiële mogelijkheden maar vooral de groeiende informatiemacht van de burger steeds minder noodzakelijk geworden. De burger is steeds onafhankelijker geworden van de traditionele machtshebbers en wisselt ook steeds vaker van machtshebbers. Ook heeft de burger meer machtsmiddelen gekregen door de toegenomen toegang tot informatie en sociale media. De kennis is van het kennismakende lichaam (Serres, 2014) verspreid en voor iedereen toegankelijk en dus niet meer als vanouds bruikbaar als machtsbron. ‘
Omkering
Op papier misschien nog steeds de onderliggende partij, is in de praktijk de onmachtige van Weber, via de gelijkmachtige van Arendt, geworden tot de machthebber van nu. De ‘geleiden’ zijn de ‘leiders’ geworden. In de huidige, westerse, maatschappijen hebben mensen altijd de mogelijkheid zich te verspreiden oftewel zich uit de machtsrelatie terug te trekken (op geweld en bedreiging gebaseerde relaties uitgezonderd uiteraard) als dat beter voor ze is en bepalen ze aldus of de potentialiteit van de macht tot wasdom komt of verdwijnt. De moderne werkgever doet er dus goed aan om zijn macht zo te richten, dat de werknemer deze macht wil blijven ontvangen. In weerwil van de gedachte dat de werkgever de macht heeft, is het dus feitelijk de werknemer die deze macht heeft. Dit maakt een andere kijk op hiërarchie en organiseren noodzakelijk.
Gebruikte bronnen:
de Schutter, D., & Peeters, R. (2018). Hannah Arendt (4de editie). Utrecht: Klement, Uitgeverij.
Serres, M. (2014). De wereld onder de duim (1ste editie). Amsterdam, Nederland: Amsterdam University Press.